Agfa Kamerawerke of Agfacommando | ||
---|---|---|
Ingebruikname | 12 september 1944 | |
Bevrijding | 30 april 1945 | |
Locatie | München-Giesing | |
Land | Duitsland | |
Verantwoordelijk land | Nazi-Duitsland | |
Coördinaten | 48° 6′ NB, 11° 36′ OL | |
Beheerder | SS | |
Gevangenen | Vrouwen, voornamelijk uit Polen, Nederland en Slovenië | |
Buitenlandse dwangarbeiders uit de gevangenis van München-Stadelheim in de Agfafabriek, mei 1943
|
Het Agfacommando was van 12 september 1944 tot 30 april 1945 een van de 169 buitencommando's van concentratiekamp Dachau, dat gebruikt werd voor de productie van wapenonderdelen. In totaal waren in het kamp ongeveer zevenhonderd vrouwen geïnterneerd; gemiddeld ruim vijfhonderd: tweehonderd uit Nederland en ongeveer driehonderd uit Oost- en Zuidoost-Europa, voornamelijk Polen.[2] Zij verrichtten dwangarbeid in de fabriek van Agfa Kamerawerke (indertijd een onderdeel van IG Farben) in de Tegernseer Landstraße 161 in München-Giesing, een voorstad van München op ongeveer 23 kilometer van Dachau. De fabriek richtte de productie vanaf 1941 geheel op de behoeften van de Wehrmacht en er werd een groeiend aantal dwangarbeiders ingezet, onder wie een groot aantal politieke gevangenen.[3]
De gevangenen assembleerden ontstekingen voor granaten die werden ingezet door het Duitse luchtafweergeschut, en onderdelen voor V1- en V2-raketten. In januari 1945 staakte een deel van de gevangenen als reactie op de schaarste aan eten, wat in de concentratiekampen een unieke daad van verzet was. De productie van de fabriek werd op 23 april 1945 stilgelegd en de gevangenen werden geëvacueerd. Het kamp werd op 30 april bevrijd door het Amerikaanse leger.