Bloedarmoede | ||||
---|---|---|---|---|
Uitstrijkje van bloed met te weinig ijzer. 40 × vergroot.
| ||||
Coderingen | ||||
ICD-10 ICD-9 |
D50-D64 280-285 | |||
DOID | 2355 | |||
MedlinePlus | 000560 | |||
MeSH | D000740 | |||
Richtlijnen | ||||
NHG-standaard | M76/samenvatting | |||
|
Bloedarmoede of anemie (van Oudgrieks ἀναιμία: bloedloosheid) is een toestand waarbij er sprake is van een te laag gehalte aan rode bloedcellen (erytrocyten) in het bloed. Dit kan het gevolg zijn van een verstoorde aanmaak, verhoogde afbraak of verlies van rode bloedcellen. Hemoglobine is een belangrijk bestandsdeel van rode bloedcellen. Hemoglobine is het rode, zuurstof- en koolstofdioxidetransporterende eiwit in bloed, dat zich bevindt in de rode bloedcellen. Bloedarmoede is dus niet altijd het hebben van "te weinig" bloed, zoals de naam zou suggereren.
Hemoglobine (Hb) bevat ijzer. Een tekort aan ijzer kan het directe gevolg zijn van te weinig ijzer in de voeding, maar ook het gevolg van onvermogen het ijzer op te nemen of door een verhoogd verlies van reeds aanwezig ijzer. IJzertekort is echter niet de enige oorzaak van anemie, er zijn nog tientallen andere mogelijke oorzaken, merendeels zeldzaam tot zeer zeldzaam. In Nederland wordt er gesproken over anemie wanneer de molaire concentratie Hb lager is dan 7,5 mmol/l bij vrouwen, 6,8 bij zwangeren en lager dan 8,5 mmol/l bij mannen.[1]