De NMVB was georganiseerd in regionale groepen die een grote zelfstandigheid en eigen beleid hadden. Oorspronkelijk werden alle lijnen in de provincie geëxploiteerd door pachters die hun eigen lijnen, stelplaatsen en organisatie hadden. De NMVB heeft bij de overname van de concessies, de pachter organisatie niet veranderd. Hierdoor kent de NMVB in de provincie 3 groepen:
Oorspronkelijk zijn bijna alle buurtspoorweglijnen in de provincie Antwerpen met kaapspoor (1067 mm) aangelegd. Deze spoorwijdte was gekozen in verband met de aansluiting met de tramlijnen in het zuiden van Nederland, waar kaapspoor werd gebruikt. De meeste lijnen werden tijdens de Eerste Wereldoorlog door de Duitse bezetter opgebroken. Deze lijnen werden daarna in meterspoor opnieuw aangelegd. Vanaf 1919 werden de nog overblijvende lijnen omgespoord naar meterspoor, wat toen de standaard werd.[1]