Bestrijdingsmiddelen, gewasbeschermingsmiddelen (een eufemisme voor landbouwgiffen)[1][2]), pesticiden of biociden zijn stoffen die worden gebruikt om ziekten, plagen of onkruiden te bestrijden of organismen te bestrijden die hinderlijk of schadelijk zijn (bijvoorbeeld mieren, ongedierte, aantasting van materialen, algen, ontsmetting van voorwerpen en installaties en houtbescherming).
Men onderscheidt in Nederland bestrijdingsmiddelen die worden gebruikt in de landbouw en biociden die niet in de landbouw worden gebruikt[3]. In België maakt men onderscheid tussen bestrijdingsmiddelen die gewassen beschermen tegen schadelijke organismen of onkruid en biociden als middelen die schadelijke organismen bestrijden maar geen betrekking hebben op levende planten[4]. Een ander onderscheid dat kan worden gemaakt is tussen gesynthetiseerde middelen, middelen die uit chemische verbindingen door mensen zijn gecreëerd, en biologische middelen, die een biologische oorsprong hebben[5].
Mediane meeropbrengsten variëren tussen 12 en 27% als pesticiden gebruikt worden, afhankelijk van het gewas.[6] Dit betekent dat er aanzienlijk minder landbouwgrond nodig is voor éénzelfde opbrengst als er pesticiden gebruikt worden.
<ref>
; er is geen tekst opgegeven voor referenties met de naam :3