De jongensvoornaam Eduard is afgeleid van de Oudengelse naam "Ēadweard", die bestaat uit de Angelsaksische stam ed of eád, wat "rijkdom", "erfgoed" of "bezit" betekent, gevoegd aan warda of warden wat "bewaren", "beschermen" of "bewaken" betekent. Eduard is dus de "behoeder van de eigendom" of de "beschermer van het erfgoed".[1]