Geneesmiddelenwet | ||||
---|---|---|---|---|
Citeertitel | Geneesmiddelenwet | |||
Titel | Wet van 8 februari 2007 tot vaststelling van een nieuwe Geneesmiddelenwet | |||
Afkorting | Gnw | |||
Soort regeling | Wet | |||
Toepassingsgebied | Nederland | |||
Rechtsgebied | Gezondheidsrecht Farmaceutisch recht | |||
Goedkeuring en inwerkingtreding | ||||
Ondertekend op | 8 februari 2007 | |||
Gepubliceerd op | 20 maart 2007 | |||
Gepubliceerd in | Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden | |||
|
De Geneesmiddelenwet (2007) regelt in Nederland zaken rondom de productie, de handel, het voorschrijven en verstrekken van geneesmiddelen. De wet bevat ook voorschriften om een veilig gebruik van geneesmiddelen te stimuleren.[1]
De Geneesmiddelenwet vervangt de Wet op de geneesmiddelenvoorziening (WOG) uit 1963. De wet is eenvoudiger gemaakt en voldoet aan de EU-richtlijnen. De belangrijkste wijzigingen zijn:
Vrijwel gelijktijdig werd de extramurale apotheker opgenomen in de Wet op de geneeskundige behandelingsovereenkomst (WGBO). De ziekenhuisapotheker was daarin reeds opgenomen.
De Geneesmiddelenwet definieert onder meer:
Een UR-geneesmiddel is een geneesmiddel dat Uitsluitend op Recept ter hand mag worden gesteld.