Een geweldsmonopolie is het alleenrecht van de staat om fysiek geweld en dwang te gebruiken.[1] Het geweldsmonopolie is volgens de Duitse socioloog Max Weber een van de definiërende kenmerken van een soevereine staat.
Fundamenteel principe | Legitieme geweldstheorie | Geweldsmonopolie |
---|---|---|
wet van hoogste prioriteit | non-agressieprincipe, non-initiatie van geweld | (Grond)wet, en rechtersrecht |
sociaal contract | (grond)wet, etc zolang staat niet agresseert | onvoorwaardelijk de Grond(wet), etc, etc |
fundament van internationaal recht | legitieme geweldstheorie | rechtmatige oorlogstheorie |
hoogste gerechtshof (geschillen met de staat) | niet vereist indien decentraal | Raad van State (Nederland) |
eigenrichting | mogelijk, erkenning naar omstandigheden | Staat t.o.v. onderdanen |
analoge politieke systemen | anarchokapitalisme, anarchie van staten | ancien régime, feodalisme |
recht van opstand | indien staat agresseert | bestaat niet |