Gnostische Openbaring van Petrus

De Gnostische Openbaring van Petrus is een geschrift, dat in een Koptische vertaling onderdeel was van de vondst van de Nag Hammadigeschriften in 1945. Er moet een oorspronkelijk Griekse tekst zijn geweest, maar daar is nooit iets van gevonden. Het werk wordt zo aangeduid om het te kunnen onderscheiden van een andere apocriefe inhoudelijk volstrekt verschillende Openbaring van Petrus die deel uitmaakte van de Canon Muratori en uit het midden van de tweede eeuw dateert.

De tekst bestaat uit de beschrijving van een eerste visioen van Petrus, gevolgd door een monoloog van Jezus. Daarna volgt een tweede en derde visioen van Petrus, dat feitelijk een doorlopend verhaal is. Het sluit af met een opdracht aan Petrus.

Het werk behoort tot de meer polemische geschriften uit de gnostische literatuur. Het verdedigt het gnostische standpunt over de kruisigingsdood, dat de goddelijke Christus de mens Jezus voor de dood aan het kruis heeft verlaten. De gekruisigde Jezus is dus slechts een lichamelijk omhulsel. In de gnostiek wordt de kruisiging gezien als een nederlaag van de demiurg en zijn boze machten. Zij zijn niet in staat geweest de Verlosser te doden. Soortgelijke opvattingen zijn ook te vinden in gnostische teksten als de Eerste openbaring van Jacobus, het Evangelie der Waarheid, de Tweede verhandeling van de grote Seth en de Brief van Petrus aan Filippus. De onbekende auteur van de Gnostische Openbaring van Petrus neemt hard stelling tegen de orthodoxe opvattingen op dat punt en tegen de zich ontwikkelende orthodoxe kerk meer in het algemeen. Het is aannemelijk, dat de oorspronkelijk Griekse tekst in Egypte rond het jaar 200 is ontstaan.


From Wikipedia, the free encyclopedia · View on Wikipedia

Developed by Nelliwinne