Grote kaardenbol

Grote kaardenbol
Grote kaardenbol
Taxonomische indeling
Rijk:Plantae (Planten)
Stam:Embryophyta (Landplanten)
Klasse:Spermatopsida (Zaadplanten)
Clade:Bedektzadigen
Clade:'nieuwe' Tweezaadlobbigen
Clade:Campanuliden
Orde:Dipsacales
Familie:Caprifoliaceae (Kamperfoeliefamilie)
Geslacht:Dipsacus (Kaardenbol)
Soort
Dipsacus fullonum
L. (1753)
Afbeeldingen op Wikimedia Commons Wikimedia Commons
Grote kaardenbol op Wikispecies Wikispecies
Portaal  Portaalicoon   Biologie

De grote kaardenbol of wilde kaardenbol (Dipsacus fullonum, synoniem: Dipsacus sylvestris) behoort tot de kaardenbolfamilie (Dipsacaceae), in de 22e druk van de Heukels, of tot de kamperfoeliefamilie (Caprifoliaceae), in de 23e druk van de Heukels. De ondersoort Dipsacus fullonum subsp. sativus wordt ook wel weverskaarde genoemd.

De grote kaardenbol komt oorspronkelijk uit Noord-Afrika (Maghreb), Voor-Azië en Europa, maar komt tegenwoordig overal in de gematigde streken voor. In Nederland is de plant vanaf 1 januari 2017 niet meer wettelijk beschermd.

De plant is tweejarig en kan 70–250 cm hoog worden. De bladeren zijn twee aan twee tegenoverstaand en de vergrote bladvoet werkt als opvangbakje voor water.

De lila bloempjes zijn klein en ongesteeld en staan bij elkaar op een hoge ineengedrongen tros (hoofdje). Ze hebben een 5–9 cm lange gemeenschappelijke 'kelk' (het omwindsel). Elk bloempje heeft naast een eigen vergroeidbladig omwindseltje ook nog een kelk van stijve haren. Een bloempje heeft vier meeldraden, één stamper en een onderstandig vruchtbeginsel met één zaadknop.

De bloei begint vanuit het midden van de bloeiwijze en bloeit tegelijk naar boven en beneden. Hierdoor zijn twee bloeiende ringen te zien.

De kaardenbol produceert veel nectar en trekt daarom veel insecten zoals solitaire bijen en hommels. De zaden vormen een voedselbron voor zaadetende vogels, zoals putters.


From Wikipedia, the free encyclopedia · View on Wikipedia

Developed by Nelliwinne