Jan Peter Balkenende | ||||
---|---|---|---|---|
![]() | ||||
Jan Peter Balkenende in 2006
| ||||
Algemeen | ||||
Volledige naam | Jan Pieter Balkenende | |||
Geboren | 7 mei 1956 | |||
Geboorteplaats | Biezelinge | |||
Partij | CDA | |||
Religie | Protestants | |||
Titulatuur | mr. dr. dr.h.c. mult. | |||
Alma mater | Vrije Universiteit Amsterdam | |||
Handtekening | ![]() | |||
Functies | ||||
1982–1998 | Gemeenteraadslid in Amstelveen | |||
1998–2002 2003 2006–2007 |
Lid Tweede Kamer | |||
2001–2002 2003 2006–2007 |
Fractievoorzitter in de Tweede Kamer | |||
2001–2010 | Politiek leider CDA | |||
2002–2010 | Minister-president en minister van Algemene Zaken | |||
|
Jan Pieter (Jan Peter) Balkenende (ⓘ; Biezelinge, 7 mei 1956) is een Nederlands emeritus hoogleraar en voormalig politicus van het Christen-Democratisch Appèl (CDA). Hij was van 22 juli 2002 tot 14 oktober 2010 minister-president van Nederland. Sinds 14 oktober 2022 is hij minister van staat.
Balkenende groeide op in het dorp Biezelinge in de provincie Zeeland. Hij voltooide het atheneum aan het Christelijk Lyceum voor Zeeland in Goes en haalde aan de Vrije Universiteit Amsterdam het doctoraalexamen voor Geschiedenis en Nederlands recht. Zijn politieke carrière begon in Amstelveen, waar hij van 1982 tot en met 1998 gemeenteraadslid was. In deze periode promoveerde hij ook tot doctor in de rechtsgeleerdheid en werd hij (parttime) bijzonder hoogleraar christelijk sociaal denken aan de VU, een functie die hij tot zijn beëdiging als minister-president in 2002 vervulde.
Balkenendes politieke opmars verliep snel en verrassend:[1] hij trad in 1998 toe tot de CDA-fractie in de Tweede Kamer en werd in 2001, na een machtsstrijd binnen de partij, fractievoorzitter. Als lijsttrekker leidde Balkenende het CDA naar een grote zege bij de Tweede Kamerverkiezingen in 2002, na een campagne die in het teken stond van de kiezersonvrede over de paarse kabinetten en de opkomst, en dood, van Pim Fortuyn. Het kabinet dat CDA, VVD en Fortuyns LPF vervolgens vormden, met Balkenende als premier, was echter geen lang leven beschoren en viel binnen drie maanden.
Na nieuwe verkiezingen volgde het tweede kabinet-Balkenende (2003-2006), maar ook CDA, VVD en D66 haalden de eindstreep niet. Het vertrek van D66 leidde tot het kortstondige rompkabinet Balkenende III dat wegens nieuwe verkiezingen al na enkele maanden demissionair werd. Het vierde kabinet-Balkenende (2007-2010) gold vanaf het begin als een 'vechtkabinet' waarin CDA, PvdA en ChristenUnie uiterst moeizaam samenwerkten en kwam in 2010 ook ten val (na de kabinetscrisis over het Uruzganbesluit). Toen het CDA bij de Tweede Kamerverkiezingen onder zijn lijsttrekkerschap vervolgens fors verloor, trad Balkenende af als partijleider. Met het aantreden van het kabinet-Rutte kwam in oktober 2010 ook aan Balkenendes (demissionaire) premierschap een einde.
Een groot deel van Balkenendes premierschap vond plaats onder gunstig economisch gesternte. Identiteit domineerde het Nederlandse publieke debat: sociale vraagstukken over multiculturalisme en immigratie drongen de politiek binnen. Balkenende zelf profileerde zich als een voorvechter van normen en waarden en ging voorop in de zoektocht naar een nationale identiteit (zie de discussie over de VOC-mentaliteit). Pas tegen het einde van Balkenende premierschap keerde het economische tij, als gevolg van de kredietcrisis. De overheid greep onder meer in door een aantal wankele banken met staatssteun te hulp te schieten. Beleidsmatig was ook de hervorming van het zorgstelsel in 2006 ingrijpend.
Sinds eind 2010 is Balkenende hoogleraar Governance, Institutions and Internationalisation aan de Erasmus Universiteit Rotterdam. Sinds 2011 is hij, eerst als partner en later als extern adviseur, werkzaam voor accountancy- en adviesbureau Ernst & Young (EY). Sinds 2021 is hij ook werkzaam als zelfstandig professional bij Hague Corporate Affairs.