Hendrik III | ||
---|---|---|
1017-1056 | ||
Keizer Hendrik III
(11e eeuw), detail van een miniatuur, Perikopenbuch Heinrichs III | ||
Keizer van het Heilige Roomse Rijk | ||
Periode | 1046-1056 | |
Voorganger | Koenraad II | |
Opvolger | Hendrik IV | |
Koning van Duitsland | ||
Periode | 1028-1056 | |
Voorganger | Koenraad II | |
Opvolger | Hendrik IV | |
Hertog van Beieren | ||
Periode | 1e 1027-1042 2e 1047-1049 | |
Voorganger | 1e Koenraad I 2e Hendrik VII | |
Opvolger | 1e Hendrik VII 2e Koenraad II | |
Hertog van Zwaben | ||
Periode | 1038-1056 | |
Voorganger | Herman IV | |
Opvolger | Otto II | |
Hertog van Karinthië | ||
Periode | 1039-1047 | |
Voorganger | Koenraad II | |
Opvolger | Welf III | |
Koning van Bourgondië | ||
Periode | 1039-1056 | |
Voorganger | Koenraad II | |
Opvolger | geen; opgegaan in Heilige Roomse Rijk | |
Vader | Koenraad II | |
Moeder | Gisela van Zwaben | |
Partner | Gunhilde van Denemarken Agnes van Poitou | |
Kinderen | Beatrix I van Gandersheim (van Gunhilde) Mathilde (van Agnes) Adelheid II van Franken (van Agnes) Gisela (van Agnes) Hendrik IV (van Agnes) Koenraad II van Beieren (van Agnes) Judith van Zwaben (van Agnes) Adela (mogelijk, buitenechtelijk) |
Hendrik III (28 oktober 1017 - kasteel Bodfeld in de Harz, 5 oktober 1056), bijgenaamd de Vrome of de Zwarte, was vanaf 1039 keizer van het Heilige Roomse Rijk, in opvolging van zijn vader, die in Utrecht overleed. Zijn politiek stond onder invloed van hervormingen binnen de Rooms-Katholieke Kerk van zijn tijd. Hij streefde naar een staat die was gebaseerd op het daadwerkelijk in de praktijk brengen van Rooms-Katholieke godsdienstige uitgangspunten, centraal geleid door de vorst met ondersteuning door de Kerk (wat een theocratie zou kunnen worden genoemd). Om zijn doelen te bereiken zette Hendrik zich in voor de versterking van de Kerk en van de rol van de paus. Deze politiek was niet zozeer ingegeven door vroomheid, maar door machtsstrategie. Daardoor, door de versterking van de politieke rol van de bisschoppen en door de oplopende spanningen met de adel, schiep Hendrik de omstandigheden die mede leidden tot de oorlogen die de regering van zijn zoon, keizer Hendrik IV, zouden teisteren.