Kluinbier

17e-eeuwse gevelsteen van brouwerij Het Witte Kruis waar kluinbier werd gebrouwen. Het schip rechtsonder (een soort kogge) wordt vaak uitgelegd als een 'kluinkof'. Het bevindt zich sinds 1943 in de gevel van Kleine Pelsterstraat 2. De brouwerij zat echter op de hoek met de Herestraat in het wijde deel en was actief tot ongeveer 1771.

Kluinbier (ook wel cluynbier, kluynbier, kloenbier en kluunbier) is een bierstijl die in het Noorden van Nederland erg populair was gedurende minstens vier eeuwen, tot het begin van de 20e eeuw. In eerste instantie was het een bier uit de stad Groningen, maar door de grote populariteit werd het ook elders gebrouwen, zoals in Dokkum en in Franeker. Door de beschikbaarheid van een voorschrift uit het Stadboek van Groningen voor het brouwersgilde uit 1476 (beschikbaar ter inzage in de Groninger Archieven, toegang 1325 Gilden, inv.nr. 84), is bekend dat de samenstelling bestond uit 62,5% gerst, en 37,5% haver, gemeten in volumes mout. Het was daarmee destijds een gerstbier: veelal werd bier in de Lage Landen gebrouwen met veel haver, aangezien gerst in het grootste gedeelte moeilijker te verbouwen was. In het Noorden lag dit anders en was gerst relatief goedkoop. Kluin was daarmee revolutionair voor de Nederlandse biercultuur[1] Het bier heeft ruim 400 jaar bestaan en is daarmee samen met kuitbier Nederlands langstlevende bierstijl.

  1. Bier in Nederland - Een biografie, M.Daane, Uitgeverij Atlas Contact, 2016

From Wikipedia, the free encyclopedia · View on Wikipedia

Developed by Nelliwinne