Laaggeletterdheid (of: functioneel analfabetisme) houdt in dat mensen moeite hebben met de taalvaardigheden lezen en/of schrijven, maar ook rekenen en digitale handelingen. Laaggeletterdheid gaat dus minder ver dan volledige ongeletterdheid of analfabetisme, waarbij mensen helemaal niet kunnen lezen, schrijven, rekenen of zich behelpen op het internet. Geletterdheid en gecijferdheid hangen nauw samen met het probleemoplossend vermogen van een individu, beide vaardigheden zijn onmisbaar voor het zelfstandig kunnen functioneren in de moderne maatschappij. De internationaal gehanteerde 'officiële' definitie van geletterdheid (2011) luidt: Geletterdheid is het kunnen gebruiken van gedrukte en geschreven informatie ten behoeve van het functioneren in de maatschappij, om zo de eigen doelen te bereiken en om de eigen kennis en mogelijkheden te ontwikkelen.[1]