Lichaamsbeharing is terminaal haar op het menselijk lichaam dat zich ontwikkelt in de puberteit en gedurende een onbepaalde periode daarna, in tegenstelling tot het hoofdhaar en het minder zichtbare vellushaar.
De medische term androgenisch haar verwijst naar het feit dat de groei van het haar afhangt van de hoeveelheid androgenen (de mannelijke hormonen) in ieder menselijk lichaam. Doordat mannen normaal gesproken een grotere hoeveelheid androgenen hebben, beschikken zij over meer lichaamsbeharing dan vrouwen. Lichaamsbeharing kan dan ook gezien worden als een seksueel dimorfisme; het is daarnaast een secundair geslachtskenmerk.
Vanaf de jeugdjaren bedekt vellushaar het gehele menselijk lichaam, afhankelijk van geslacht en ras, behalve op de volgende plekken: de lippen, het achterste gedeelte van het oor, de handpalmen, de voetzolen, enkele externe genitale plekken, de navel en littekenweefsel. De hoeveelheid haar (in haarzakjes per vierkante centimeter) varieert van mens tot mens.