Grotere en kleinere eenheden van pascal en bar | ||||||
---|---|---|---|---|---|---|
factor | naam pascal | symbool | factor | naam bar | symbool | |
1 | pascal | Pa | 10−5 | |||
102 | hectopascal | hPa | 10−3 | millibar | mbar | |
103 | kilopascal | kPa | 10−2 | |||
105 | 1 | bar | bar | |||
106 | megapascal | MPa | 10 | |||
109 | gigapascal | GPa | 104 |
De pascal (symbool Pa) is de SI-eenheid voor druk. De pascal is gedefinieerd als de druk die een kracht van 1 newton uitoefent op 1 vierkante meter. De eenheid is vernoemd naar Blaise Pascal.
De luchtdruk wordt tegenwoordig vaak aangeduid in hectopascal (symbool hPa, 100 pascal), een eenheid die precies gelijk is aan de niet-SI-eenheid millibar. In een praktisch voorbeeld geldt: de atmosferische druk bedraagt 1013 hPa, wat de standaarddruk op zeeniveau is en overeenkomt met 1013 mbar.
In de reologie en petrologie wordt met veel hogere drukken gewerkt. Daarom wordt wel gerekend in:
Het tegenovergestelde doet zich voor bij vacuümtechniek, waar de drukken lager zijn dan atmosferisch: