Slag bij Haw's Shop | ||||
---|---|---|---|---|
Onderdeel van de Amerikaanse Burgeroorlog | ||||
![]() | ||||
Zicht op het slagveld in oostelijke richting vanaf Enon Church
| ||||
Datum | 28 mei 1864 | |||
Locatie | Hanover County, Virginia | |||
Resultaat | Onbeslist[1] | |||
Strijdende partijen | ||||
| ||||
Leiders en commandanten | ||||
| ||||
Troepensterkte | ||||
| ||||
Verliezen | ||||
|
Slagen tijdens de Overlandveldtocht | ||
---|---|---|
Wildernis · Spotsylvania Court House · Yellow Tavern · Meadow Bridge · North Anna · Wilson's Wharf · Haw's Shop · Totopotomoy Creek · Old Church · Cold Harbor · Trevilian Station · Saint Mary's Church |
De Slag bij Haw's Shop vond plaats op 28 mei 1864 in Hanover County, Virginia als deel van de Overland-veldtocht tijdens de Amerikaanse Burgeroorlog. Deze slag is ook bekend als de Slag bij Enon Church.
Na de Slag bij North Anna brak Ulysses S. Grant de gevechten af en probeerde opnieuw via een grote flankeerbeweging langs Lees rechterflank te geraken. Grant gebruikte de Pamunkey om zijn bewegingen af te schermen van nieuwsgierige ogen. Toen Lee doorhad dat Grant opnieuw bewoog, verplaatste hij zijn leger in zuidelijke richting om stellingen in te nemen op de zuidelijke oever van Totopotomoy Creek. Lee stuurde een cavalerie-eenheid onder leiding van generaal-majoor Wade Hampton om inlichtingen in te zamelen over Grants bewegingen. Op 28 mei botste Hampton op de noordelijke cavalerie van brigadegeneraal David McM. Gregg.
De gevechten vonden voornamelijk te voet plaats waarbij beide partijen beschermd werden door aarden borstweringen. Geen van beide zijden behaalde de overhand. Gregg werd versterkt door twee brigades onder leiding van brigadegeneraal Alfred Thomas Torberts divisie. De brigade van brigadegeneraal George A. Custer voerden nog een laatste aanval uit net toen Hampton zijn manschappen wou terugtrekken.
De zeven uur durende slag was onbeslist. Het was het tweede grootschalig treffen tussen cavalerie tijdens de Overland-veldtocht. Toch eisten beide partijen de overwinning op. Generaal-majoor Philip Sheridan pochte ermee dat hij Hampton van het slagveld had verdreven. Hampton daarentegen had de noordelijke aanvallen telkens kunnen afslaan en had zelf belangrijke informatie bemachtigd over de opstelling van Grants leger.