Sonnet 152 is een sonnet van William Shakespeare. Als de sonnettenreeks een verhaal vertelt, wat vaak verondersteld wordt, dan is dit de laatste episode van het drama. Sonnet 153 en Sonnet 154 maken er geen deel van uit en staan apart. In dit sonnet richt de dichter zich waarschijnlijk tot de Dark Lady, die hem al zijn geloften tegenover de jongeman die hij adoreert doet vergeten. Sonnet 152 is te lezen als het relaas van een driehoeksverhouding, want de Dark lady bedriegt niet alleen haar echtgenoot met de dichter, maar ook de mooie jongeling, de Fair Youth, die zij in Sonnet 133 en 134 verleidde.