Vier Gekroonden (Brussel)

Linkerpaneel van de triptiek der Vier Gekroonden (Museum van de Stad Brussel, ca. 1560)
Het Museum voor Schone Kunsten (Rijsel) bezit een schilderij dat Gaspar de Crayer in 1642 maakte voor de kapel van de Vier Gekroonden in de Sint-Katelijnekerk. In de verrijzenisscène helpt Christus een van de martelaars uit de loden doodskist waarin hij in zee is gedumpt. Een al opgestane gekroonde knielt dankbaar neer, hamer aan de riem, terwijl bovenaan opdrachtgever Diocletianus beteuterd toekijkt. Het stuk wordt beschouwd als een meesterwerk van De Crayer. De kuykenseeters vertelden dat Rubens bij het zien ervan had uitgeroepen: "Crayer Crayer! Geen kunstpenseel zal ooit dat heerlijk stuk overkraaien!".[1]
Embleem van de Vier Gekroonden op hun huis Den Heuvel (1698): hamer, beitel, truweel, winkelhaak en schietlood.
Standbeeldje van de Vier Gekroonden op de Kleine Zavel. Godefroid Van den Kerckhove gaf het de trekken mee van Hendrik Beyaert.

In het Brusselse ambacht van de Vier Gekroonden waren metselaars, beeldhouwers, steenhouwers en schaliedekkers verenigd. Het ambacht behoorde tot de Sinte Nicolaes Natie en was vernoemd naar haar patroonheiligen, de Vier Gekroonde Martelaren (feestdag 8 november).

  1. Jacob Campo Weyerman, De Levens-Beschryvingen der Nederlandsche Konst-Schilders, vol. I, 1729, blz. 328

From Wikipedia, the free encyclopedia · View on Wikipedia

Developed by Nelliwinne