Wegmarkering is het geheel aan tekens die op het wegdek staan aangegeven en het verkeer door middel van de visuele informatie geleiden. Wegmarkering omvat onder meer pijlen, strepen, doorgetrokken en onderbroken lijnen, haaientanden.
In de meeste Europese landen wordt één (witte) kleur gebruikt voor markeringen, in enkele landen ook geel en wit samen.
Tijdens werkzaamheden wordt, als de rijstroken voor een bepaalde tijdsperiode moeten worden verlegd, voor de aanduiding van tijdelijke rijstroken een gele wegmarkering gebruikt. De bestaande witte markering wordt, op de Nederlandse rijkswegen, gedurende die periode met een zwart product gedemarkeerd of weggestraald met water onder hoge druk.
Op Nederlandse autosnelwegen is, bij de onderbroken streep tussen de rijstroken, de afstand tussen twee strepen 9 meter, en de streep zelf 3 meter lang.
In Nederland worden de verkeerstekens op het wegdek geregeld in art. 76 - 81 Reglement verkeersregels en verkeerstekens:
Verder kan op een deel van het wegdek een wit kruis in een rechthoek staan, voor bijvoorbeeld "niet parkeren" bij een uitrit, of "niet stoppen" om kruisend verkeer door te laten, of voor de delen van een overweg waar een spoor de weg kruist (de delen die in ieder geval vrij moeten komen als een trein in aantocht is, gezien het profiel van een trein, plus veiligheidsmarges), of soms onder een slagboom.