Na de verkiezingen van 1976 halen de niet-socialistische partijen een meerderheid in het parlement. Een regering, aangevoerd door centrumleider Thorbjörn Fälldin, wordt gevormd. De Centerpartiet (C) blijft in 1976 de grootste niet-socialistische fractie in het parlement, mede dankzij haar tegenstand tegen kernenergie. Twee jaar later, in 1978, komt het tot onenigheid in de regering. De conservatieve en liberale coalitiepartner zijn echter wel voorstander van kernenergie. Fälldin neemt ontslag en een interim-regering onder leiding van de leider van de Folkpartiet (FP), Ola Ullsten, treedt aan.